Wet flexibel werken
Als de wens van de werkgever en werknemer (over en weer) is dat soms en niet structureel thuis wordt gewerkt, is het niet nodig om specifiek een thuiswerkovereenkomst aan te gaan. Thuiswerken op incidentele basis kan gewoon binnen de context van een reguliere arbeidsovereenkomst. Een werknemer kan op grond van de Wet flexibel werken ook een verzoek doen om (structureel) thuis te mogen werken.
De Wet flexibel werken geeft werknemers het recht om hun arbeidsduur, werktijd en arbeidsplaats te wijzigen. Zij kunnen bij hun leidinggevende een schriftelijk verzoek doen en hoeven dit verzoek niet toe te lichten. Alleen werknemers die minstens 26 weken werkzaam zijn in hun organisatie komen in aanmerking. De organisatie moet minstens 10 werknemers hebben. Het verzoek moet minimaal 2 maanden voor ingang van het thuiswerk worden ingediend. De werkgever moet binnen een maand reageren.
Als sprake is van een werkgever waarbij minder dan tien werknemers in dienst zijn, mag de werkgever het verzoek van de werknemer afwijzen. De Wet flexibel werken geldt namelijk niet voor kleine werkgevers.
Arbeidsomstandighedenwet
De thuiswerkplek valt onder het bereik van artikel 7:658 BW: de aansprakelijkheid van werkgevers voor bedrijfsongevallen. De werkgever heeft voor thuiswerkplekken dus dezelfde (zorg)plicht als voor werkplekken binnen de eigen onderneming.
Zorgplicht
Hoewel er minder arbo-regels gelden voor thuiswerken dan voor regulier werk in het bedrijf van de werkgever, lees je in diverse jurisprudentie dat de zorgplicht de werkgever qua aansprakelijkheid vaak kwetsbaar maakt.
Een medewerker heeft per slot van rekening een goede werkplek nodig om het werk veilig en gezond te kunnen doen. Een goede werkplek bestaat minimaal uit een goede stoel, een goede tafel en de juiste verlichting. Als de medewerker deze zaken zelf niet heeft, dan moet de werkgever daarvoor zorgen. Werkt de medewerker thuis met een beeldscherm, dan gelden thuis dezelfde eisen voor de inrichting van de werkplek als op kantoor. Formeel moet de werkgever de medewerker op kantoor houden als dit niet goed geregeld is.
Hulpmiddelen
Ook hulpmiddelen voor de werkruimte thuis zijn gericht vrijgesteld. Het gaat hier om hulpmiddelen die ook elders gebruikt kunnen worden (lees: buiten de werkruimte thuis), maar die geheel of nagenoeg (90%) geheel zakelijk gebruikt worden. Bij deze hulpmiddelen kunt u denken aan papier, inkt, pennen of apparatuur die de werkgever niet noodzakelijk vindt voor de uitvoering van de werkzaamheden et cetera.
Tips om aansprakelijkheidsrisico te beperken:
Inventariseren risico’s en daarbij behorende maatregelen treffen (inrichting werkplek, werkdruk, arbeidstijden, sociale contacten, betrokkenheid).
-Goede en uitgebreide voorlichting arbeidsrisico’s > Medewerkers tekenen verklaring dat ze daarvan kennis hebben genomen.
-Checklist waarmee de medewerker zelf kan controleren of de werkplek arboproof is.
-Flexovereenkomst; De medewerker verklaart daarin uitsluitend aan een verantwoorde werkplek te werken, ook buiten de deur.
-Thuiswerkplekken laten controleren door een specialist (al of niet d.m.v. een foto).